Ook BTW verschuldigd over niet gebruikte tickets
Actualiteit | 13 januari 2016
– Taxnews 1601 –
Op 23 december 2015 heeft het Europese Hof van Justitie (HvJ EU) een interssante uitspraak gedaan in de gevoegde Franse zaken Air France-KLM en Hop!-Brit Air SAS (C-250/14 en C-289/14, hierna: Air France-KLM)
Casus
Beide belanghebbenden zijn luchtvaartmaatschappijen die (binnenlandse) vluchten aanbieden aan passagiers. Wanneer de passagiers een vliegticket kopen betalen ze de volledige prijs van het ticket (inclusief BTW) vooruit.
De luchtvaartmaatschappijen zijn van mening dat ze geen btw verschuldigd zijn wanneer een passagier zijn vliegticket niet gebruikt, omdat er in dat geval geen vervoersdienst wordt verricht. Aan het HvJ EU wordt gevraagd of de afgifte van een vliegticket kan worden gelijkgesteld met het daadwerkelijk verrichten van de vervoersdienst en er aldus btw is verschuldigd over de aankoopbedragen van passagiers die uiteindelijk verstek laten gaan.
Het HvJ EU heeft geoordeeld dat het verkopen van vliegtickets door een luchtvaartmaatschappij onderworpen is aan de btw, wanneer de passagiers de uitgegeven vliegtickets niet hebben gebruikt en de aankoopprijs niet terugbetaald kunnen krijgen. Volgens het Hof van Justitie EU vormt de aankoopsom geen schadevergoeding voor het feit dat een passagier niet komt opdagen, maar een betaling, ook al heeft de passagier geen gebruik gemaakt van het aangeboden vervoer. Het idee hierachter is dat via het vliegticket de luchtvaartmaatschappijen bevestigen dat een plaats in het vliegtuig voor de passagier is voorbehouden en de passagier het recht krijgt om gebruik te maken van de vervoersdienst.
Het Hof van Justitie EU overweegt hierbij dat Air France-KLM zich het recht voorbehoudt om de niet-benutte dienst door te verkopen aan een andere passagier, zonder dat zij verplicht is om de prijs ervan terug te betalen aan de oorspronkelijke passagier.
Het HvJ EU oordeelt verder dat de btw wordt verschuldigd op het moment dat de luchtvaartmaatschappijen de aankoopprijs van het vliegticket ontvangen.
Van belang voor de praktijk
In een eerder arrest heeft het HvJ beslist dat een vergoeding in geval van annulering niet onderworpen is aan btw, maar kwalificeert als een onbelaste schadevergoeding. Een annuleringsvergoeding kan op basis hiervan in bepaalde situaties nog steeds als een voor de btw onbelaste schadevergoeding kwalificeren.
Dit neemt echter niet weg dat deze beslissing van het HvJ EU van belang is voor ondernemers uit verschillende sectoren, zoals hotels, touroperators, evenementenbureaus, theaters, restaurants en musea voor wat betreft de btw-gevolgen van een annulering. Het onderliggende contract en de algemene voorwaarden spelen hierbij een belangrijke rol.
Auteur
Sander Gardebroek
